Information du mot stilzetten (néerlandais → espéranto: haltigi)

Synonymes: aanhouden, keren, staande houden, stilleggen, stoppen, stuiten, tegenhouden, tot staan brengen, tot stand brengen, tot stilstand brengen, doen stoppen

Parti du discoursverbe
Prononciation/ˈstɪlzɛtə(n)/
Césurestil·zet·ten

Conjugaison

Indicatif
PrésentPassé
(ik) zet stil(ik) zette stil
(jij) zet stil(jij) zette stil
(hij) zet stil(hij) zette stil
(wij) zetten stil(wij) zetten stil
(jullie) zetten stil(jullie) zetten stil
(gij) zet stil(gij) zettet stil
(zij) zetten stil(zij) zetten stil
Subjonctif
PrésentPassé
(dat ik) stilzette(dat ik) stilzette
(dat jij) stilzette(dat jij) stilzette
(dat hij) stilzette(dat hij) stilzette
(dat wij) stilzetten(dat wij) stilzetten
(dat jullie) stilzetten(dat jullie) stilzetten
(dat gij) stilzettet(dat gij) stilzettet
(dat zij) stilzetten(dat zij) stilzetten
Impératif
Singulier/PlurielPluriel
zet stilzet stil
Participes
Participe présentParticipe passé
stilzettend, stilzettende(hebben) stilgezet

Exemples d’usage

Scharde zette de wagen stil.

Traductions

afrikaansstuit
allemandanhalten; sperren; zum Stehen bringen; aufhalten
anglaisstop
bas allemandstoppen
danoisstoppe
espagnolparar
espérantohaltigi
frison occidentaltsjinhâlde
frison saterlandanhoolde; brämsje; speere
italienfermare
papiamentostòp
polonaiszatrzymać
portugaisfazer parar; reprimir