Information du mot trekken (néerlandais → espéranto: desegni)

Synonymes: aftekenen, beschrijven, tekenen, uittekenen

Parti du discoursverbe
Prononciation/ˈtrɛkə(n)/
Césuretrek·ken

Conjugaison

Indicatif
PrésentPassé
(ik) trek(ik) trok
(jij) trekt(jij) trok
(hij) trekt(hij) trok
(wij) trekken(wij) trokken
(jullie) trekken(jullie) trokken
(gij) trekt(gij) trokt
(zij) trekken(zij) trokken
Subjonctif
PrésentPassé
(dat ik) trekke(dat ik) trokke
(dat jij) trekke(dat jij) trokke
(dat hij) trekke(dat hij) trokke
(dat wij) trekken(dat wij) trokken
(dat jullie) trekken(dat jullie) trokken
(dat gij) trekket(dat gij) trokket
(dat zij) trekken(dat zij) trokken
Impératif
Singulier/PlurielPluriel
trektrekt
Participes
Participe présentParticipe passé
trekkend, trekkende(hebben) getrokken

Traductions

afrikaansteken
allemandzeichnen; abzeichnen; malen; abmalen; entwerfen; skizzieren
anglaisdraw
catalandibuixar
danoistegne
espagnoldibujar
espérantodesegni
féringientekna
finnoispiirtää
françaisdessiner
frison occidentaltekenje
frison saterlandouteekenje; teekenje
hongroisrajzol
italiendisegnare
papiamentopinta; tek
portugaisdescrever; desenhar; traçar
roumaindesena
suédoisrita; teckna
tchèquekreslit; nakreslit; narýsovat; rýsovat
thaïเขียนแบบ