Informo pri la vorto kruipen (nederlanda → esperanto: rampi)

Vortspecoverbo
Prononco/ˈkrœy̯pə(n)/
Dividokrui·pen

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) kruip(ik) kroop
(jij) kruipt(jij) kroop
(hij) kruipt(hij) kroop
(wij) kruipen(wij) kropen
(jullie) kruipen(jullie) kropen
(gij) kruipt(gij) kroopt
(zij) kruipen(zij) kropen
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) kruipe(dat ik) krope
(dat jij) kruipe(dat jij) krope
(dat hij) kruipe(dat hij) krope
(dat wij) kruipen(dat wij) kropen
(dat jullie) kruipen(dat jullie) kropen
(dat gij) kruipet(dat gij) kropet
(dat zij) kruipen(dat zij) kropen
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
kruipkruipt
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
kruipend, kruipende(hebben/zijn) gekropen

Uzekzemploj

Ik kroop naar achteren.
Maar alvorens erin te kruipen, bukte hij zich om een blik onder de legerstede te werpen, zoals de laatste tijd zijn gewoonte was geworden.

Tradukoj

afrikansoseil
anglacrawl; creep
angla (malnovangla)creopan
ĉeĥaplazit se
danakrybe
esperantorampi
feroagrulva; krúpa; skríða
francaramper
germanakriechen
hispanaarrastrarse; reptar
katalunaarrossegar‐se; enfilar‐se; reptar
latinorepere; serpere
okcidenta frizonakrûpe
papiamentogatia
portugalaarrojar‐se; rastejar; serpear
saterlanda frizonakjoope
svedakrypa; kräla
tagalogagumapang