Informo pri la vorto bevlekken (nederlanda → esperanto: makuli)

Sinonimoj: bekladden, bezoedelen, smetten, vlekken

Vortspecoverbo
Prononco/bəˈvlekə(n)/
Dividobe·vlek·ken

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) bevlek(ik) bevlekte
(jij) bevlekt(jij) bevlekte
(hij) bevlekt(hij) bevlekte
(wij) bevlekken(wij) bevlekten
(jullie) bevlekken(jullie) bevlekten
(gij) bevlekt(gij) bevlektet
(zij) bevlekken(zij) bevlekten
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) bevlekke(dat ik) bevlekte
(dat jij) bevlekke(dat jij) bevlekte
(dat hij) bevlekke(dat hij) bevlekte
(dat wij) bevlekken(dat wij) bevlekten
(dat jullie) bevlekken(dat jullie) bevlekten
(dat gij) bevlekket(dat gij) bevlektet
(dat zij) bevlekken(dat zij) bevlekten
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
bevlekbevlekt
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
bevlekkend, bevlekkende(hebben) bevlekt

Tradukoj

anglasoil; spot; stain
esperantomakuli
francasalir; souiller
germanaflecken; beflecken; einflecken; sudeln
hispanamanchar
portugalamacular; manchar
saterlanda frizonabegräime; beklaadje; bemudderje
surinamafraka