Informo pri la vorto krakelen (nederlanda → esperanto: kvereli)

Sinonimoj: herrie maken, kiften, kijven, ruzie maken, ruziën, woorden hebben, ruzie hebben

Vortspecoverbo
Prononco/kraˈkelə(n)/
Dividokra·ke·len

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(wij) krakelen(wij) krakeelden
(jullie) krakelen(jullie) krakeelden
(gij) krakeelt(gij) krakeeldet
(zij) krakelen(zij) krakeelden
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat wij) krakelen(dat wij) krakeelden
(dat jullie) krakelen(dat jullie) krakeelden
(dat gij) krakelet(dat gij) krakeeldet
(dat zij) krakelen(dat zij) krakeelden
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
krakeelkrakeelt
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
krakelend, krakelende(hebben) gekrakeeld

Tradukoj

afrikansowoorde hê
anglaquarrel; wrangle; squabble
danaskændes
esperantokvereli
feroadeilast; keglast
francase disputer; se quereller
germanaStreit haben; streiten; sich streiten; sich zanken
hispanadisputar; reñir
islandarífast
katalunabarallar‐se; disputar
malajaberbantah
norvegatrette; krangle
papiamentopleita
polakłócić się
portugalaaltercar; porfiar; querelar
svedagräla; tvista
turkaatışmak