Informo pri la vorto zij (nederlanda → esperanto: ili)

Vortspecopersona pronomo
Prononco/zɛi̯/, /zə/ (zwakbetoond)
Dividozij
Genitivohunner /ˈhʏnər/
Dativohun /hʏn/, ze /zə/
Akuzativohen /hɛn/, ze

Uzekzemploj

Als zij door hun bemanningen verlaten waren, dan kwam dat omdat zij niet meer konden varen.
Velen hunner had zij zelfs van nabij gekend.
Zij worden nog weer onderverdeeld, doch het is niet nodig dit reeds hier te behandelen.
Die scheurden Paulus en Silas toen de kleren van het lijf en gaven hen zweepslagen.
Er wordt hun een worst voorgehouden
Zij willen een paar vragen stellen en je dan doden.
Wolven zouden het paard verslinden en misschien ook hen.

Tradukoj

afrikansohulle; hul
anglathey
angla (malnovangla)hie
danade
esperantoili
feroatær
germanasie
grekaαυτοί
hungaraők
italaloro
jamajka-kreoladem
jidaזײ
kimrahwy
luksemburgiasi
norvegade
okcidenta frizonahja; sy
papiamentonan
platgermanasee
rusaони
saterlanda frizonajo
skotathay; they
skota gaelaiad
surinamaden
svahilowao
svedade
tajaพวกเขา