Informatie over het woord kelner (Nederlands → Esperanto: kelnero)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈkɛlnər/
Afbrekingkel·ner
Geslachtmanlijk
Meervoudkelners

Voorbeelden van gebruik

Ze riep de kelner en rekende af.
De kelner verwacht dit ook niet.
Een kelner drukte Stephens een glas in de hand.
Hij wenkte de kelner voor de rekening.
„Meneer wenst te lunchen?” vroeg de kelner vormelijk.
„Ja, want ik kreeg er dreun van die ik nog voel”, klaagde de kelner.

Vertalingen

Afrikaanskelner
Albaneeskamarier
Catalaanscambrer; mosso
Deenstjener
DuitsKellner
Engelswaiter; steward
Esperantokelnero
Faeröerstænari
Finstarjoilija
Fransgarçon; garçon de café; serveur
Italiaanscameriere
Maleispelayan restoran
Noorskelner
Papiamentsweiter; weter
Poolskelner
Portugeescriado; garçom
Roemeenschelner
SaterfriesKnächt; Tjooner
Spaanscamarero
Tsjechischčíšník
Westerlauwers Friesbetsjinder
Zweedskypare; vaktmästare