Informatie over het woord katoenen (Nederlands → Esperanto: katuna)

Woordsoortbijvoeglijk naamwoord
Uitspraak/kaˈtunə(n)/
Afbrekingka·toe·nen

Voorbeelden van gebruik

Daar stond een netjes geklede vrouw van middelbare leeftijd, die nerveus haar handen in nette katoenen handschoenen in elkaar wrong.
Een vuile katoenen broek bedekte zijn onderlijf.

Vertalingen

Duitskattunen; aus Kattun; Kattun‐
Engelscotton
Esperantokatuna
Russischбумажный
Westerlauwers Frieskatoenen