Informatie over het woord incident (Nederlands → Esperanto: incidento)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ɪnsiˈdɛnt/
Afbrekingin·ci·dent
Geslachtonzijdig
Meervoudincidenten

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
incidentjeincidentjes

Voorbeelden van gebruik

Waar bevond u zich precies toen het incident zich voordeed?
Bond vond het incident zeer eigenaardig.
Ten tijde van het incident wandelde ik met Ildefonse langs de Scaum.

Vertalingen

DuitsZwischenfall; Vorfall; Vorkommnis
Engelsincident
Esperantoincidento
Faeröersmillumleikur
Fransincident
Papiamentsinsidente
Spaansincidente
Turksarıza