Informatie over het woord havenstad (Nederlands → Esperanto: havenurbo)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈɦavə(n)stɑt/
Afbrekingha·ven·stad
Geslachtvrouwelijk
Meervoudhavensteden

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
havenstadjehavenstadjes

Voorbeelden van gebruik

Op een pleintje vond ik ten slotte een beeld van een bewoner van deze dode havenstad.
De burgemeester van de havenstad Mariupolʹ, Vadym Bojčenko, zegt dat er door de aanvallen van de Russen meerdere slachtoffers zijn gevallen.
In de havenstad Qīngdǎo werden zes mensen gearresteerd.
De rebellen namen op 9 september delen van de havenstad Zamboanga op het eiland Mindanao in.

Vertalingen

Engelsport; port town; seaport town; port city
Esperantohavenurbo
Nederduitshavenstad; habenstad
Portugeescidade portuária