Informatie over het woord kiespijn (Nederlands → Esperanto: dentodoloro)

Synoniem: tandpijn

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈkispɛi̯n/
Afbrekingkies·pijn

Voorbeelden van gebruik

Hij heeft gisteren de hele dag kiespijn gehad.
Ze liep dichter naar de steen toe, vervuld door een groeiende angst die beloofde dat het allemaal nog veel erger zou worden, zoals bij een beginnende kiespijn.

Vertalingen

Deenstandpine
DuitsZahnschmerzen; Zahnweh
Engelstoothache
Esperantodentodoloro
Finshammassärky
Poolsból zęba
Portugeesdentalgia; dor de dente
SaterfriesKäisekällen; Tuskepiene
Spaansdolor de muelas
Thaisเหงือก; ปวดฟัน
Zweedstandvärk