Informatie over het woord animeren (Nederlands → Esperanto: vigligi)

Synoniemen: opkikkeren, opmonteren, verlevendigen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/aniˈmeːrə(n)/
Afbrekingani·me·ren

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) animeer(ik) animeerde
(jij) animeert(jij) animeerde
(hij) animeert(hij) animeerde
(wij) animeren(wij) animeerden
(jullie) animeren(jullie) animeerden
(gij) animeert(gij) animeerdet
(zij) animeren(zij) animeerden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) animere(dat ik) animeerde
(dat jij) animere(dat jij) animeerde
(dat hij) animere(dat hij) animeerde
(dat wij) animeren(dat wij) animeerden
(dat jullie) animeren(dat jullie) animeerden
(dat gij) animeret(dat gij) animeerdet
(dat zij) animeren(dat zij) animeerden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
animeeranimeert
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
animerend, animerende(hebben) geanimeerd

Vertalingen

Duitsaufmuntern; ermuntern
Engelsencourage; stimulate
Esperantovigligi
Faeröerslíva upp
Portugeesanimar; despertar
Saterfriesapmunterje
Westerlauwers Friesoanmoedigje