Informatie over het woord verhitten (Nederlands → Esperanto: varmigi)

Synoniemen: verwarmen, warmen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/vərˈɦɪtə(n)/
Afbrekingver·hit·ten

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) verhit(ik) verhitte
(jij) verhit(jij) verhitte
(hij) verhit(hij) verhitte
(wij) verhitten(wij) verhitten
(jullie) verhitten(jullie) verhitten
(gij) verhit(gij) verhittet
(zij) verhitten(zij) verhitten
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) verhitte(dat ik) verhitte
(dat jij) verhitte(dat jij) verhitte
(dat hij) verhitte(dat hij) verhitte
(dat wij) verhitten(dat wij) verhitten
(dat jullie) verhitten(dat jullie) verhitten
(dat gij) verhittet(dat gij) verhittet
(dat zij) verhitten(dat zij) verhitten
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
verhitverhit
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
verhittend, verhittende(hebben) verhit

Voorbeelden van gebruik

Voor de hydrolyse tot glucose verhit men aardappelmeel met zeer verdund zoutzuur onder verhoogde druk.
Verhit de olie en fruit hierin de knoflook en ui.

Vertalingen

Duitserhitzen; wärmen; erwärmen
Engelsheat
Engels (Oudengels)hætan
Esperantovarmigi
Faeröershita
Portugeesaquecer; esquentar
Spaanscalentar
Tsjechischhřát; ohřát; zahřát
Zweedsvärma