Informatie over het woord overzetten (Nederlands → Esperanto: transigi)

Synoniemen: óverboeken, overbrengen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈovərzɛtə(n)/
Afbrekingover·zet·ten

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) zet over(ik) zette over
(jij) zet over(jij) zette over
(hij) zet over(hij) zette over
(wij) zetten over(wij) zetten over
(jullie) zetten over(jullie) zetten over
(gij) zet over(gij) zettet over
(zij) zetten over(zij) zetten over
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) overzette(dat ik) overzette
(dat jij) overzette(dat jij) overzette
(dat hij) overzette(dat hij) overzette
(dat wij) overzetten(dat wij) overzetten
(dat jullie) overzetten(dat jullie) overzetten
(dat gij) overzettet(dat gij) overzettet
(dat zij) overzetten(dat zij) overzetten
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
zet overzet over
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
overzettend, overzettende(hebben) overgezet

Vertalingen

Engelstransfer
Esperantotransigi
Portugeesentregar; fazer chegar; transferir; transmitir
Spaanstraferir; transferir