Informatie over het woord doorzakken (Nederlands → Esperanto: subfleksiĝi)

Synoniemen: ineenzakken, uitzakken, verzakken, wegzakken

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈdorzɑkə(n)/
Afbrekingdoor·zak·ken

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) zak door(ik) zakte door
(jij) zakt door(jij) zakte door
(hij) zakt door(hij) zakte door
(wij) zakken door(wij) zakten door
(jullie) zakken door(jullie) zakten door
(gij) zakt door(gij) zaktet door
(zij) zakken door(zij) zakten door
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) doorzakke(dat ik) doorzakte
(dat jij) doorzakke(dat jij) doorzakte
(dat hij) doorzakke(dat hij) doorzakte
(dat wij) doorzakken(dat wij) doorzakten
(dat jullie) doorzakken(dat jullie) doorzakten
(dat gij) doorzakket(dat gij) doorzaktet
(dat zij) doorzakken(dat zij) doorzakten
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
zak doorzakt door
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
doorzakkend, doorzakkende(zijn) doorgezakt

Vertalingen

Engelssag
Esperantosubfleksiĝi