Synoniemen: onder water zetten, tot zinken brengen, dompelen
Woordsoort | werkwoord |
---|
Uitspraak | /ˈɔndərdyʋə(n)/ |
---|
Afbreking | on·der·du·wen |
---|
Vervoeging
Aantonende wijs |
---|
Tegenwoordige tijd | Verleden tijd |
---|
(ik) duw onder | (ik) duwde onder |
(jij) duwt onder | (jij) duwde onder |
(hij) duwt onder | (hij) duwde onder |
(wij) duwen onder | (wij) duwden onder |
(jullie) duwen onder | (jullie) duwden onder |
(gij) duwt onder | (gij) duwdet onder |
(zij) duwen onder | (zij) duwden onder |
Aanvoegende wijs |
---|
Tegenwoordige tijd | Verleden tijd |
---|
(dat ik) onderduwe | (dat ik) onderduwde |
(dat jij) onderduwe | (dat jij) onderduwde |
(dat hij) onderduwe | (dat hij) onderduwde |
(dat wij) onderduwen | (dat wij) onderduwden |
(dat jullie) onderduwen | (dat jullie) onderduwden |
(dat gij) onderduwet | (dat gij) onderduwdet |
(dat zij) onderduwen | (dat zij) onderduwden |
Gebiedende wijs |
---|
Enkelvoud/Meervoud | Meervoud |
---|
duw onder | duwt onder |
Deelwoorden |
---|
Tegenwoordig deelwoord | Verleden deelwoord |
---|
onderduwend, onderduwende | (hebben) ondergeduwd |