Informatie over het woord zakje (Nederlands → Esperanto: saketo)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈzɑkjə/
Afbrekingzak·je
Geslachtonzijdig
Meervoudzakjes

Voorbeelden van gebruik

Commissaris Bas had de bolletjes in een zakje gedaan, en hij wilde juist weer in zijn auto stappen toen Tom Poes naar buiten kwam.
Maar zeg mij, heeft u niet ook een zakje juwelen?

Vertalingen

Deenspose
DuitsBeutel
Esperantosaketo
Faeröersposi