Informatie over het woord doorkunnen (Nederlands → Esperanto: povi trairi)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈdorkɵnə(n)/
Afbrekingdoor·kun·nen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) kan door(ik) kon door
(jij) kan door, kunt door(jij) kon door
(hij) kan door(hij) kon door
(wij) kunnen door(wij) konden door
(jullie) kunnen door(jullie) konden door
(gij) kunt door(gij) kont door
(zij) kunnen door(zij) konden door
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) doorkunne(dat ik) doorkonde
(dat jij) doorkunne(dat jij) doorkonde
(dat hij) doorkunne(dat hij) doorkonde
(dat wij) doorkunnen(dat wij) doorkonden
(dat jullie) doorkunnen(dat jullie) doorkonden
(dat gij) doorkunnet(dat gij) doorkondet
(dat zij) doorkunnen(dat zij) doorkonden
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
doorkunnend, doorkunnende(hebben) doorgekund

Vertalingen

Esperantopovi trairi