Informatie over het woord fuik (Nederlands → Esperanto: naso)

Synoniem: sneep

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/fœy̯k/
Afbrekingfuik
Geslachthistorisch vrouwelijk, tegenwoordig ook manlijk
Meervoudfuiken

Voorbeelden van gebruik

De aal draait om de fuik heen, zoals mijn eerbiedwaardige grootmoeder placht te zeggen.

Vertalingen

DuitsReuse
Engelshoop‐net; nase
Esperantonaso
Faeröersnót; rúsa
Spaansnasa