Informatie over het woord herinneren (Nederlands → Esperanto: memorigi)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ɦɛˈrɪnərə(n)/
Afbrekingher·in·ne·ren

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) herinner(ik) herinnerde
(jij) herinnert(jij) herinnerde
(hij) herinnert(hij) herinnerde
(wij) herinneren(wij) herinnerden
(jullie) herinneren(jullie) herinnerden
(gij) herinnert(gij) herinnerdet
(zij) herinneren(zij) herinnerden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) herinnere(dat ik) herinnerde
(dat jij) herinnere(dat jij) herinnerde
(dat hij) herinnere(dat hij) herinnerde
(dat wij) herinneren(dat wij) herinnerden
(dat jullie) herinneren(dat jullie) herinnerden
(dat gij) herinneret(dat gij) herinnerdet
(dat zij) herinneren(dat zij) herinnerden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
herinnerherinnert
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
herinnerend, herinnerende(hebben) herinnerd

Voorbeelden van gebruik

Een wiebelende plank, die over een riviertje voerde, herinnerde hem eraan dat hij hoogtevrees had en hij bleef aarzelend staan.
Die muziek beneden herinnert me aan mijn jeugd.

Vertalingen

Duitserinnern
Engelsremind
Esperantomemorigi
Roemeensmemora; ține minte
Saterfriesärinnerje
Spaansrecordar
Tsjechischpřipomenout; připomínat; upomenout