Informatie over het woord overhouden (Nederlands → Esperanto: konservi)

Synoniemen: behouden, bewaren, in stand houden

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈovərɦɑu̯də(n)/, /ˈovərɦɑu̯ʋə(n)/
Afbrekingover·hou·den

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) hou over, houd over(ik) hield over
(jij) houdt over(jij) hield over
(hij) houdt over(hij) hield over
(wij) houden over(wij) hielden over
(jullie) houden over(jullie) hielden over
(gij) houdt over(gij) hieldt over
(zij) houden over(zij) hielden over
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) overhoude(dat ik) overhielde
(dat jij) overhoude(dat jij) overhielde
(dat hij) overhoude(dat hij) overhielde
(dat wij) overhouden(dat wij) overhielden
(dat jullie) overhouden(dat jullie) overhielden
(dat gij) overhoudet(dat gij) overhieldet
(dat zij) overhouden(dat zij) overhielden
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
overhoudend, overhoudende(hebben) overgehouden

Vertalingen

Afrikaansin stand hou
Catalaansconservar
Deensbeholde; konservere
Duitsaufbewahren; behalten; bergen; erhalten; konservieren; bewahren; aufheben; hüten
Engelssave
Engels (Oudengels)gebeorgan
Esperantokonservi
Faeröersvarðveita
Finssäilyttää
Fransconserver; maintenir; retenir
Italiaansconservare
Nederduitsbewåren
Papiamentskonservá; sobra
Portugeesconservar; guardar
Saterfriesapwoarje; behoolde; bewoarje; bierge; konservierje
Spaansconservar
Thaisไว้
Zweedsbehålla; förvara; konservera