Informatie over het woord cactus (Nederlands → Esperanto: kakto)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈkɑktəs/, /ˈkɑktɵs/
Afbrekingcac·tus
Geslachtmanlijk
Meervoudcactussen

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
cactusjecactusjes

Voorbeelden van gebruik

Cactussen, de enige planten die in de buurt groeiden, waren onbruikbaar.
Als men er dan maar geen varens en cactussen tegelijk in zet, want die stellen geheel verschillnde eisen wat de vochtigheid betreft.

Vertalingen

Catalaanscactus
Deenskaktus
DuitsKaktus
Engelscactus
Esperantokakto
Faeröerskaktus
Finskaktus
Franscactus
Grieksκάκτος
Hongaarskaktusz
Italiaanscactus
Noorskaktus
Portugeescacto
SaterfriesKaktus
Spaanscacto
Tagaloghagdambató
Tsjechischkaktus
Westerlauwers Frieskaktus
Zweedskaktus