Informatie over het woord bijl (Nederlands → Esperanto: hakilo)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/bɛi̯l/
Afbrekingbijl
Geslachthistorisch vrouwelijk, tegenwoordig ook manlijk
Meervoudbijlen

Voorbeelden van gebruik

Zorg ook voor wapens, of in elk geval een mes om kaas te snijden en een bijl om hout te hakken.
Haal onmiddellijk een bijl.
Zo’n schedel is met een bijl niet in te slaan.
Hij lachte bulderend, legde de bijl neer en trad naar voren.

Vertalingen

Deensøkse
DuitsAxt; Beil; Hacke
Engelsaxe
Engels (Oudengels)acus; bill; æcus; æx
Esperantohakilo
Franshache
Grieksτσεκούρι
IJslandsöxi
Italiaansascia; scure
Jiddischהאַק
Kabylischacaqur
Papiamentshacha
Portugeesmachado
SaterfriesÄkse; Biele
Schots-Gaelischtuagh
Spaanshacha
Srananaksi; beyri
Swahilishoka
Thaisขวาน
Turksbalta
Welsbwyell; bwyall
Zweedsbila; yxa