Informatie over het woord vettigheid (Nederlands → Esperanto: grasaĵo)

Synoniem: smeer

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈvɛtəxɦɛi̯t/
Afbrekingvet·tig·heid
Geslachtvrouwelijk

Voorbeelden van gebruik

Nadat hij bij een cafetaria staand een paar porties vettigheid had weggewerkt, was hij nog even naar zijn stamkroeg geweest om zich moed in te drinken voor het familiefestijn.

Vertalingen

Duitsetwas Fettes
Esperantograsaĵo
Fransgraisse de cuisine