Informatie over het woord floppen (Nederlands → Esperanto: fiaski)

Synoniemen: in het water vallen, schipbreuk lijden, stranden

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈflɔpə(n)/
Afbrekingflop·pen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(hij) flopt(hij) flopte
(zij) floppen(zij) flopten
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat hij) floppe(dat hij) flopte
(dat zij) floppen(dat zij) flopten
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
floppend, floppende(zijn) geflopt

Vertalingen

Duitsfehlschlagen; scheitern
Engelsflop
Esperantofiaski
Portugeesfracassar; malograr‐se
Roemeenseșua