Informatie over het woord echoën (Nederlands → Esperanto: eĥi)

Synoniem: naklinken

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈɛxoʋə(n)/
Afbrekingecho·en

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(hij) echoot(hij) echode
(zij) echoën(zij) echoden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat hij) echoë(dat hij) echode
(dat zij) echoën(dat zij) echoden
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
echoënd, echoënde(hebben) geëchood

Voorbeelden van gebruik

Die echoden langs de stenen gang.

Vertalingen

Albaneeskumboj
Duitszurückwerfen; nachhallen lassen; widerhallen lassen
Engelsecho
Esperantoeĥi
Faeröersgella
Portugeesecoar; fazer eco; ressoar
Turksaksetmek
Zweedsgenljuda