Informatie over het woord klaarstaan (Nederlands → Esperanto: esti preta)

Synoniem: gereedstaan

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈklaːrstan/
Afbrekingklaar·staan

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) sta klaar(ik) stond klaar
(jij) staat klaar(jij) stond klaar
(hij) staat klaar(hij) stond klaar
(wij) staan klaar(wij) stonden klaar
(jullie) staan klaar(jullie) stonden klaar
(gij) staat klaar(gij) stondt klaar
(zij) staan klaar(zij) stonden klaar
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) klaarsta(dat ik) klaarstonde
(dat jij) klaarsta(dat jij) klaarstonde
(dat hij) klaarsta(dat hij) klaarstonde
(dat wij) klaarstaan(dat wij) klaarstonden
(dat jullie) klaarstaan(dat jullie) klaarstonden
(dat gij) klaarstaat(dat gij) klaarstondet
(dat zij) klaarstaan(dat zij) klaarstonden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
sta klaarstaat klaar
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
klaarstaand, klaarstaande(hebben) klaargestaan

Voorbeelden van gebruik

De twee negers van het wagentje duwden het terug naar de loods, waar alweer een ander voor hen klaarstond.

Vertalingen

Esperantoesti preta
Nederduitsklår stån
Sranankaba