Informatie over het woord erkennen (Nederlands → Esperanto: konfesi)

Synoniem: bekennen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ɛrˈkɛnə(n)/
Afbrekinger·ken·nen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) erken(ik) erkende
(jij) erkent(jij) erkende
(hij) erkent(hij) erkende
(wij) erkennen(wij) erkenden
(jullie) erkennen(jullie) erkenden
(gij) erkent(gij) erkendet
(zij) erkennen(zij) erkenden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) erkenne(dat ik) erkende
(dat jij) erkenne(dat jij) erkende
(dat hij) erkenne(dat hij) erkende
(dat wij) erkennen(dat wij) erkenden
(dat jullie) erkennen(dat jullie) erkenden
(dat gij) erkennet(dat gij) erkendet
(dat zij) erkennen(dat zij) erkenden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
erkenerkent
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
erkennend, erkennende(hebben) erkend

Voorbeelden van gebruik

Hij dacht na over de woorden van zijn vader en over zichzelf en hij moest ondanks zichzelf erkennen dat de oude man het gelijk aan zijn zijde had.
Maar van hun kant erkenden zij nimmer dat de teruggekeerde Balings echt was en daarna spraken zij nooit meer met Bilbo.

Vertalingen

Afrikaansbeken
Esperantokonfesi