Informatie over het woord besparen (Nederlands → Esperanto: ŝpari)

Synoniem: sparen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/bəˈspaːrə(n)/
Afbrekingbe·spa·ren

Voorbeelden van gebruik

Dat zou tijd besparen.
Hij ging aan, en dat bespaarde me een heleboel moeite.
Dat bespaart u tijd en geld.
Ik kan je een hele hoop moeite besparen.
Maar zijn kameraden is een droeve taak bespaard gebleven, aangezien hij een fraai graf voor zichzelf in orde had gebracht.

Vertalingen

Esperantoŝpari