Informatie over het woord verhopen (Nederlands → Esperanto: esperi)

Synoniem: hopen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/vərˈhopə(n)/
Afbrekingver·ho·pen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) verhoop(ik) verhoopte
(jij) verhoopt(jij) verhoopte
(hij) verhoopt(hij) verhoopte
(wij) verhopen(wij) verhoopten
(jullie) verhopen(jullie) verhoopten
(gij) verhoopt(gij) verhooptet
(zij) verhopen(zij) verhoopten
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) verhope(dat ik) verhoopte
(dat jij) verhope(dat jij) verhoopte
(dat hij) verhope(dat hij) verhoopte
(dat wij) verhopen(dat wij) verhoopten
(dat jullie) verhopen(dat jullie) verhoopten
(dat gij) verhopet(dat gij) verhooptet
(dat zij) verhopen(dat zij) verhoopten
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
verhoopverhoopt
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
verhopend, verhopende(hebben) verhoopt

Voorbeelden van gebruik

Hij verhoopte het, doch zonder veel vertrouwen.

Vertalingen

Afrikaanshoop
Catalaansesperançar; esperar
Deenshåbe
Duitshoffen; erhoffen
Engelshope
Engels (Oudengels)hyhtan
Esperantoesperi
Faeröersvóna
Finstoivoa
Fransespérer; souhaiter
Hongaarsremélni
IJslandsvona
Italiaanssperare
Jiddischהאָפֿן
Latijnsperare
Maleisharap
Nederduitshoapen; höäpen
Noorshåpe
Papiamentsspera
Poolsmieć nadzieję
Portugeesesperar; ter esperança
Roemeensspera
Russischнадеяться
Saterfrieshoopje
Spaansesperar; tener esperanza
Srananwinsi
Thaisหวัง
Tsjechischdoufati
Turksummak
Westerlauwers Frieshoopje
Zweedshoppas