Informatie over het woord opperheer (Nederlands → Esperanto: ĉefmastro)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈɔpərɦer/
Afbrekingop·per·heer
Geslachtmanlijk
Meervoudopperheren

Voorbeelden van gebruik

Ik zal de enige getuige zijn die voor de opperheer kan zweren dat jouw bandieten niet de aanvallers waren.

Vertalingen

Engelsoverlord
Esperantoĉefmastro