Informatie over het woord gepassioneerdheid (Nederlands → Esperanto: pasio)

Synoniemen: hartstocht, lust, passie, roes, verwoedheid

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ɣəpɑsijoˈnertɦɛi̯t/
Afbrekingge·pas·si·o·neerd·heid
Geslachtvrouwelijk

Voorbeelden van gebruik

Daar spreken de gepassioneerdheid en de opstandigheid die altijd met rossige haren gepaard gaan.

Vertalingen

Afrikaanspassie
Albaneesafsh
Catalaanspassió
DuitsLeidenschaft; Lust; Passion
Engelspassion
Esperantopasio
Faeröersgessur; hugur; ovurhugi
Finsintohimo
Franspassion
Grieksέρωτας
Jiddischתּאװה
LuxemburgsPassioun
Papiamentspashon
Poolspasja
Portugeesardor; paixão
Russischазарт
SaterfriesLiedenskup; Lust; Passion
Spaanspasión
Thaisตัณหา; หลงใหล
Tsjechischnáruživost; pašije; vášeň
Turksaşk
Westerlauwers Friespassy
Zweedspassion