Informatie over het woord zich vormen (Nederlands → Esperanto: formiĝi)

Synoniemen: ontstaan, zetten

Woordsoortwederkerend werkwoord
Afbrekingzich vor·men

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) vorm mij(ik) vormde mij
(jij) vormt je(jij) vormde je
(hij) vormt zich(hij) vormde zich
(wij) vormen ons(wij) vormden ons
(jullie) vormen ons(jullie) vormden ons
(gij) vormt u(gij) vormdet u
(zij) vormen zich(zij) vormden zich
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) mij vorme(dat ik) mij vormde
(dat jij) je vorme(dat jij) je vormde
(dat hij) zich vorme(dat hij) zich vormde
(dat wij) ons vormen(dat wij) ons vormden
(dat jullie) ons vormen(dat jullie) ons vormden
(dat gij) u vormet(dat gij) u vormdet
(dat zij) zich vormen(dat zij) zich vormden
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
zich vormend, zich vormende(hebben) zich gevorm

Voorbeelden van gebruik

In het oosten vormt zich mogelijk een sneeuwdek van enkele centimeters.
Het was al bijna even warm als de vorige dag, maar in het westen begonnen zich wolken te vormen.