Informatie over het woord neerslaan (Nederlands → Esperanto: precipitiĝi)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈneːrslɑn/
Afbrekingneer·slaan

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(hij) slaat neer(hij) sloeg neer
(zij) slaan neer(zij) sloegen neer
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat hij) neersla(dat hij) neersloege
(dat zij) neerslaan(dat zij) neersloegen
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
neerslaand, neerslaande(zijn) neergeslagen

Voorbeelden van gebruik

Door toevoeging van natriumchloride slaan de natriumzouten neer.

Vertalingen

Esperantoprecipitiĝi