Informatie over het woord roodharig (Nederlands → Esperanto: ruĝhara)

Woordsoortbijvoeglijk naamwoord
Uitspraak/ˈrotɦaːrəx/
Afbrekingrood·ha·rig

Verbuiging

Predicatief
AttributiefOnbepaaldManlijk en vrouwelijk enkelvoudroodharige
Onzijdig enkelvoudroodharig
Meervoudroodharige
Bepaaldroodharige
Partitiefroodharigs

Voorbeelden van gebruik

De roodharige jongen begon ineens zacht te grinniken.
„Nou, bij Crom en Mitra, wat is je plan?” hijgde de roodharige man.

Vertalingen

Esperantoruĝhara