Informatie over het woord instemmen (Nederlands → Esperanto: samopinii)

Synoniem: het eens zijn

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈɪnstɛmə(n)/
Afbrekingin·stem·men

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) stem in(ik) stemde in
(jij) stemt in(jij) stemde in
(hij) stemt in(hij) stemde in
(wij) stemmen in(wij) stemden in
(jullie) stemmen in(jullie) stemden in
(gij) stemt in(gij) stemdet in
(zij) stemmen in(zij) stemden in
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) instemme(dat ik) instemde
(dat jij) instemme(dat jij) instemde
(dat hij) instemme(dat hij) instemde
(dat wij) instemmen(dat wij) instemden
(dat jullie) instemmen(dat jullie) instemden
(dat gij) instemmet(dat gij) instemdet
(dat zij) instemmen(dat zij) instemden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
stem instemt in
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
instemmend, instemmende(hebben) ingestemd

Voorbeelden van gebruik

Het meisje stemde met hem in.
Maar zelfs met deze uitspraak weigert dokter Willett in te stemmen.

Vertalingen

Albaneesmerrem vesh
Deensvære enig
Duitseinverstanden sein
Engelsagree; concur
Esperantosamopinii
Faeröersvera samsintur
Fransêtre d’accord
IJslandsvera sammála
Italiaansaccordarsi; approvare; essere d’accordo
Maleissetuju
Noorsvære enig
Spaansconcordar; estar de acuerdo