Informatie over het woord Filipijns (Nederlands → Esperanto: filipina)

Woordsoortbijvoeglijk naamwoord
Uitspraak/filiˈpɛi̯ns/
AfbrekingFi·li·pijns

Verbuiging

Predicatief
AttributiefOnbepaaldManlijk en vrouwelijk enkelvoudFilipijnse
Onzijdig enkelvoudFilipijns
MeervoudFilipijnse
BepaaldFilipijnse
PartitiefFilipijns

Voorbeelden van gebruik

Gisteren voer een schip van de Chinese kustwacht tegen een Filipijnse boot, die werd ingezet om een eilandje te bevoorraden.
De Filipijnse politie zoekt niet langer naar de lichamen van slachtoffers van een bloedbad maandag in het zuiden van het land.
Bijna drie miljoen huishoudens in en om de Filipijnse hoofdstad zijn zonder stroom komen te zitten.
Een zware aardbeving met een kracht van 6,8 op de schaal van Richter heeft zich vandaag voorgedaan bij het Filipijnse eiland Negros.
De persofficier kon maandag niet meedelen of de Filipijnse vrouw de moeder is van de kinderen.

Vertalingen

Duitsphilippinisch
EngelsPhilippine
Esperantofilipina
Fransdes Philippines; philippin
Spaansfilipino