Informatie over het woord reisplan (Nederlands → Esperanto: vojaĝplano)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈrɛi̯splɑn/
Afbrekingreis·plan

Voorbeelden van gebruik

Heer Bommel en Tom Poes zaten in het lamplicht over reisplannen te praten toen de bediende plotseling binnenrende.

Vertalingen

Esperantovojaĝplano