Informatie over het woord vergroeien (Nederlands → Esperanto: deformiĝi)

Woordsoortwerkwoord

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) vergroei(ik) vergroeide
(jij) vergroeit(jij) vergroeide
(hij) vergroeit(hij) vergroeide
(wij) vergroeien(wij) vergroeiden
(jullie) vergroeien(jullie) vergroeiden
(gij) vergroeit(gij) vergroeidet
(zij) vergroeien(zij) vergroeiden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) vergroeie(dat ik) vergroeide
(dat jij) vergroeie(dat jij) vergroeide
(dat hij) vergroeie(dat hij) vergroeide
(dat wij) vergroeien(dat wij) vergroeiden
(dat jullie) vergroeien(dat jullie) vergroeiden
(dat gij) vergroeiet(dat gij) vergroeidet
(dat zij) vergroeien(dat zij) vergroeiden
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
vergroeiend, vergroeiende(zijn) vergroeid

Vertalingen

Esperantodeformiĝi