Informatie over het woord damasceren (Nederlands → Esperanto: damaskeni)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/damaˈserə(n)/
Afbrekingda·mas·ce·ren

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) damasceer(ik) damasceerde
(jij) damasceert(jij) damasceerde
(hij) damasceert(hij) damasceerde
(wij) damasceren(wij) damasceerden
(jullie) damasceren(jullie) damasceerden
(gij) damasceert(gij) damasceerdet
(zij) damasceren(zij) damasceerden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) damascere(dat ik) damasceerde
(dat jij) damascere(dat jij) damasceerde
(dat hij) damascere(dat hij) damasceerde
(dat wij) damasceren(dat wij) damasceerden
(dat jullie) damasceren(dat jullie) damasceerden
(dat gij) damasceret(dat gij) damasceerdet
(dat zij) damasceren(dat zij) damasceerden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
damasceerdamasceert
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
damascerend, damascerende(hebben) gedamasceerd

Vertalingen

Duitsdamaszieren
Engelsdamascene
Esperantodamaskeni
Portugeesdamasquiar; tauxiar
Spaansdamasquinar