Informatie over het woord postzegel (Nederlands → Esperanto: poŝtmarko)

Synoniem: frankeerzegel

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈpɔs(ts)eɣəl/
Afbrekingpost·ze·gel

Voorbeelden van gebruik

Denk daaraan en bewaar je postzegels voor betere doeleinden.
De vrouw van het postkantoor kon zich van de afgelopen weken maar één buitenlandse postzegel herinneren en die was bestemd voor iemand in het dorp die Smith heet.
Terwijl we door het dorp reden, bedacht ik dat nog wat postzegels moest hebben, dus stopten we bij het postkantoor.

Vertalingen

Afrikaansposseël
Catalaanssegell; segell postal
Deensfrimærke
DuitsBriefmarke
Engelspostage stamp; stamp
Esperantopoŝtmarko; poŝta marko
Faeröersfrímerki
Franstimbre; timbre‐poste
Hongaarsbélyeg
Italiaansbollo; francobollo
Noorsfrimerke
Papiamentsstampia
Portugeesselo; selo do correio
Roemeenstimbru poștal
SaterfriesBräifmäärk
Schots-Gaelischstampa
Spaanssello; sello de correos
Turksposta pulu
Westerlauwers Friespostsegel
Zweedsfrimärke