Informatie over het woord voetganger (Nederlands → Esperanto: piediranto)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈvutxɑŋər/
Afbrekingvoet·gan·ger

Voorbeelden van gebruik

Moet u de voetganger voor laten gaan?
Heer Bommel remde krachtig voor het samenscholende groepje voetgangers en boog zich naar buiten.

Vertalingen

Catalaansvianant
Deensfodgænger
DuitsFußgänger
Engelspedestrian
Esperantopiediranto
Franspiéton
Latijnpedes
Portugeespedestre
SaterfriesFoutgunger
Spaanspeatón
Tsjechischchodec; pěší
Westerlauwers Friesfuotgonger
Zweedsfotgängare