Informatie over het woord bier (Nederlands → Esperanto: biero)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/biːr/
Afbrekingbier
Geslachtonzijdig
Meervoudbieren

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
biertjebiertjes

Voorbeelden van gebruik

Hij dronk twee grote kroezen bier en begaf zich, vermoeid van alle inspanningen van die dag, al vroeg naar zijn kamer.
Wil je wijn of bier hebben?
Ik heb er lekker bier gedronken en goede vrienden gemaakt.

Vertalingen

Afrikaansbier
Albaneesbirrë
Catalaanscervesa
Deensøl
DuitsBier
Engelsbeer
Engels (Oudengels)beor
Esperantobiero
Faeröersøl
Finsolut
Fransbière
Grieksμπύρα
Hongaarssör
IJslandsöl
Italiaansbirra
Jiddischביר
Latijncerevisia; cervisia
LuxemburgsBéier
Noorsøl
Papiamentsserbes
Poolspiwo
Portugeescerveja
Roemeensbere; bere
Russischпиво
SaterfriesBjoor
Spaanscerveza
Srananbiri
Swahilibia; pombe
Tagalogserbesa
Thaisเบียร์
Tsjechischpivo
Turksbira
Welscwrw; bîr
Westerlauwers Friesbier
Zweedsöl