Informatie over het woord radio (Nederlands → Esperanto: radioaparato)

Synoniemen: radiotoestel, draadloze

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈradijo/
Afbrekingra·dio

Voorbeelden van gebruik

Dit is een radio.
Mogen we de radio gebruiken?
Terwijl hij langs de keuken liep, zag hij daar de bediende Joost glimlachend naast de radio zitten.
Dit is het ultimatum dat ik binnenkort via mijn radio zal overbrengen aan de regering van Lorillia.

Vertalingen

Albaneesradioaparat; radio
DuitsRadio; Radioapparat; Radiogerät; Rundfunkgerät
Esperantoradioaparato; radio
Nederduitsradio
Spaansaparato de radio; radio
Thaisเครื่องรับวิทยุ
Westerlauwers Friesradio
Zweedsradioapparat