Informatie over het woord radja (Nederlands → Esperanto: raĝo)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈrɑca/
Afbrekingrad·ja

Voorbeelden van gebruik

De gouverneur achtte de verontschuldiging onaannemelijk en gaf dit aan de radja te kennen, terwijl hij hem tevens de voorwaarden mededeelde waaronder hem het gebeurde kon worden vergeven.
Het was het lijk van een grijsaard, gekleed in het schitterende gewaad van een radja.
Alle burgers worden uitgenodigd om het mirakel bij te wonen op het plein voor het paleis van de grote radja.

Vertalingen

Engelsrajah
Esperantoraĝo; raĵao; raĝao
Spaansrajah