Information about the word gemeen (Dutch → Esperanto: fia)

Synonyms: onguur, ploertig, rottig, vilein, vuig, louche

Part of speechadjective
Pronunciation/ɣəˈmen/
Hyphenationge·meen

Degrees of comparison

Positivegemeen
Comparativegemener
Superlativegemeenst

Declension

 PositiveComparativeSuperlative
Predicativegemeengemener(het) gemeenst, (het) gemeenste
AttributiveIndefiniteMasculine and feminine pluralgemenegemeneregemeenste
Indefinite singulargemeengemenergemeenst
Pluralgemenegemeneregemeenste
Definitegemenegemeneregemeenste
Partitivegemeensgemeners 

Usage samples

Wat een intens gemene kerel moest dat zijn.
Eindelijk binnen kon ik zien hoe Victor Mature tussen veel geel zand in een tent door gemene Duitsers gemarteld werd.

Translations

Englishnasty; foul; low; sleazy
Esperantofia
Finnishinhottava
Frenchabject; dégoûtant; repoussant
Germanverächtlich