Information about the word vertrouwd (Dutch → Esperanto: familiara)

Synonyms: familiaar, gemeenzaam, vertrouwelijk, familiair

Part of speechadjective
Pronunciation/vərˈtrɑu̯t/
Hyphenationver·trouwd

Degrees of comparison

Positivevertrouwd
Comparativevertrouwder
Superlativevertrouwdst

Declension

 PositiveComparativeSuperlative
Predicativevertrouwdvertrouwder(het) vertrouwdst, (het) vertrouwdste
AttributiveIndefiniteMasculine and feminine pluralvertrouwdevertrouwderevertrouwdste
Indefinite singularvertrouwdvertrouwdervertrouwdst
Pluralvertrouwdevertrouwderevertrouwdste
Definitevertrouwdevertrouwderevertrouwdste
Partitivevertrouwdsvertrouwders 

Translations

Catalanfamiliar
Czechfamiliární; důvěrný
Englishfamiliar
Esperantofamiliara
Germanfamiliär; zwanglos; frei; vertraut; ungezwungen
Portuguesefamiliar; íntimo
Spanishfamiliar