Information about the word bezwaren (Dutch → Esperanto: maloportuni)

Synonyms: inconveniëren, lastig vallen, ongelegen komen

Part of speechverb
Pronunciation/bəˈzʋaːrə(n)/
Hyphenationbe·zwa·ren

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(hij) bezwaart(hij) bezwaarde
(zij) bezwaren(zij) bezwaarden
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat hij) bezware(dat hij) bezwaarde
(dat zij) bezwaren(dat zij) bezwaarden
Participles
Present participlePast participle
bezwarend, bezwarende(hebben) bezwaard

Translations

Englishdisturb; incommode; trouble
Esperantomaloportuni