Information about the word rijmen (Dutch → Esperanto: akordiĝi)

Synonyms: accorderen, bijeenpassen, het eens worden, overeenstemmen, tot een overeenkomst komen, tot overeenstemming komen, tot een vergelijk komen

Part of speechverb
Pronunciation/ˈrɛi̯mə(n)/
Hyphenationrij·men

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(hij) rijmt(hij) rijmde
(zij) rijmen(zij) rijmden
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat hij) rijme(dat hij) rijmde
(dat zij) rijmen(dat zij) rijmden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
rijmrijmt
Participles
Present participlePast participle
rijmend, rijmende(hebben) gerijmd

Translations

Catalanposar‐se d’acord
Englishcome to an agreement; agree; come into accord; reach an accord; get along; make terms
Esperantoakordiĝi
Frenchs’accorder; se mettre d’accord; se mettre en humeur
Germanübereinstimmen; klarkommen; in Einklang sein; zusammenpassen; sich vertragen
Icelandicsamþykkja
Portugueseentrar em acordo
Saterland Frisianuureenstimme