Information about the word op visite komen (Dutch → Esperanto: viziti)

Synonyms: afgaan, een bezoek afleggen aan, bezoeken, op visite komen bij, opzoeken

Part of speechverb

Usage samples

Toen juffrouw Doddel enige dagen later op visite kwam, zat heer Bommel bekommerd in zijn stoel naar zijn bedorven uitzicht te staren.